Oda Hardt-Rösler, Louise Rösler en Anka Kröhnke zijn drie generaties vrouwelijke kunstenaars wier werk wordt gekenmerkt door hun individuele expressiviteit.
Oda Hardt-Rösler (1875-1946) was een pionier van haar tijd. De tentoonstelling "Oda Hardt-Rösler, Louise Rösler en Anka Kröhnke. Three Women Artists" probeert niet alleen te kijken naar de werkomstandigheden van vrouwelijke kunstenaars in de loop van drie generaties vrouwelijke kunstenaars, maar ook naar de transformatie van de kunstgeschiedenis van de 20e eeuw zelf.
Oda Hardt-Rösler is de grootmoeder van Anka Kröhnke en de moeder van Louise Rösler. Terwijl Anka Kröhnke zich bijna vrij kon ontwikkelen als kunstenares, werd het artistieke werk van haar moeder beïnvloed door de politieke beperkingen die werden opgelegd door de nationaalsocialisten. Haar grootmoeder, die was ingeschreven aan de Kunstacademie van Königsberg, gaf haar artistieke activiteiten op na haar huwelijk. Alle vrouwelijke kunstenaars hebben met hun werk de kunstgeschiedenis van de 20e eeuw helpen vormgeven, hoewel ze aan verschillende politieke en sociale omstandigheden werden blootgesteld. Kansen, professionele ontwikkeling en artistieke vrijheid werden altijd beïnvloed, en toch is het werk van hen allemaal onafhankelijk, ongebogen en krachtig.